Geisha

Schoonheid en eenzaamheid in Rijksmuseum Volkenkunde – door Petra van der Kroft

Vroeger hadden mijn ouders een Japanse masseuse die bij ons aan huis kwam. Susi. Tijdens die massages zat ik op een kussen op de grond naast het bed te luisteren naar haar verhalen over haar jeugd in dat verre land. Susi sprak een mengeling van Engels, Nederlands en Japans, waardoor ik haar niet altijd even goed kon volgen. Desondanks raakte ik geboeid door de Japanse cultuur en leerde ze me het Japanse alfabet schrijven. Ook maakte ze een kinderkimono voor me. Bij die kimono gaf ze me een geishapoppetje. Fascinerend vond ik haar. Het zwarte haar in ingewikkelde knotten, het witte gezicht met de rode lippen, de prachtige kimono en de rare houten sandalen. Het poppetje was gewoon een aangekleed stukje plastic, maar toch. Het hele beeld van die sprookjesachtige dame prikkelde mijn fantasie.

Toen een vriendin van mij voorstelde om naar de Geisha-tentoonstelling te gaan in het Rijksmuseum Volkenkunde in Leiden, twijfelde ik dan ook geen moment. Jaren geleden heb ik het boek van Arthur Golden, ‘Dagboek van een geisha’, gelezen, waarin duidelijk werd dat er een hele wereld schuilgaat achter een geisha. Een wereld vol symboliek, hiërarchie, kunst en vermaak. Een wereld van sterke, maar eenzame vrouwen, die opgeleid worden om een illusie te belichamen, om mannen te betoveren. Ik was heel benieuwd hoe de geisha hier in Leiden geportretteerd zou worden.

Al bij het begin van de tentoonstelling wordt de positie van de geisha duidelijk gemaakt door het verschil tussen een geisha en een courtisane uit te leggen. Een geisha was een artieste, een entertainer. Een courtisane was een prostituee. Courtisanes kleedden en stijlden zich ogenschijnlijk hetzelfde als een geisha, maar hun kimono’s waren van mindere kwaliteit, toonden niet dezelfde rijke symboliek, en de haardracht was anders.

GeishaEen geisha daarentegen was een hoogopgeleide vrouw. Zij kon musiceren, dansen, converseren en natuurlijk de theeceremonie tot in perfectie uitvoeren. Ze was een gezelschapsdame waar een man mee mocht flirten, maar meer niet.

Een jong Japans meisje, dat zelf de opleiding tot geisha volgt, vertelt op beeld hoe de tijden zijn veranderd in Japan. Er zijn nog wel geisha’s, maar niet zo veel meer. Gekleed in eenvoudige kledij, ontdaan van make-up brengt zij de tentoongestelde spullen tot leven door bijvoorbeeld te vertellen over het aanbrengen van de make-up.

Het wordt al snel duidelijk dat de materiële zaken van een geisha bijdroegen aan de illusie. Alle voorwerpen zijn met oog voor detail gemaakt en stralen elegantie uit. Van de make-upkwasten tot de muziekinstrumenten. Met als hoogtepunt uiteraard de kimono’s, die allemaal rijk bewerkt zijn, maar nooit schreeuwerig worden. Door alle schoonheid heen blijft men de Japanse bescheidenheid proeven.

Oude foto’s en prenten brengen de emotionele kant naar voren. Veelal lezen we weemoed in de ogen van deze dames. We realiseren ons dat deze vrouwen door velen begeerd werden, maar zelf de liefde niet zouden kennen of er niet aan toe zouden kunnen geven. Een geisha was tenslotte vrijgezel.

En dat is wat er vooral bij ons bleef hangen na het zien van de tentoonstelling: een gevoel van melancholie. Want ondanks hun benijdenswaardige positie, de pracht en praal van hun spullen en de luchtigheid en vluchtigheid die zij representeerden, moet het leven van een vrouw tussen andere vrouwen, met alle concurrentiestrijd, jaloezie en geniepigheid van dien, zwaar en eenzaam zijn geweest.Geisha's

Foto’s auteur – foto campagnebeeld John Paul Foster